Ga naar de inhoud

‘Ze noemden ons Muhajiri, overlevers.’ Klaas Burger interviewde Hajrija Salkanovic – beter bekend als oma Hopic – over haar leven. Het interview vormt de onderzoeksfase van een groter project. Wat opviel: elke tien, vijftien jaar was er een andere categorie van toepassing op de familie. Ondertussen probeert oma haar kinderen en kleinkinderen bijeen te houden.

Meer over het project (R)oma: een (familie)geschiedenis

Ze waren koperslagers in het Joegoslavië van de jaren ’30. Daarna ontkwam oma met vader en moeder aan concentratiekamp Jasenovac. Vanaf toen waren ze oorlogsvluchteling en trokken Europa in. In het Amsterdam van de jaren ’70 leek ze op de hippies in Paradiso. Dan valt het woord ‘zigeuner’. Oma wordt teruggestuurd naar Joegoslavië, maar krijgt met de ‘regeling Hopic’ toch status in Nederland. Ze gaat met haar familie in huizen wonen. Vanaf de jaren ’90 komt ze, na het afschaffen van minderhedenbeleid, in armoede terecht. Noodgedwongen doet de familie meer en meer een beroep op hulpverlening.

Nu is oma oud. Aan het einde van haar leven vraagt ze zich af: Waarom zijn we in huizen gaan wonen? Hoe geef ik mijn traditie door aan mijn kinderen en kleinkinderen? ‘In een huis ben je alleen, of je bent een gezin. Maar je bent geen groep meer. Je bent niet meer samen, je kan niet meer met elkaar delen.’ Op dit moment is oma dakloos en leeft in Breda op straat.

Het interview werd op film vastgelegd en vormt de onderzoeksfase van een groter project. Daarin zal de invloed van beeldvorming op beleidsvorming in de samenleving centraal staan. Speciaal Roma zijn hier interessant, omdat zij minder dan andere groepen in Europa, toegang hebben tot de gangbare politieke kanalen van de nationale staat. Hoe vormt hun identiteit zich tussen ‘overlastgever’ of ‘laatste inheemse stammen’ in Europa? En wat betekent dit voor de manier waarop wij onze samenleving organiseren?